Krijnen.Com Krijnen.Com

Winkelen bij de twee koeien

In Amerika lopen een hoop gekken rond, maar met gekke koeien hebben ze, voor zover ik na heb kunnen gaan, tot nog toe weinig te schaften gehad. Een koe wordt daar nog als een gezellig, vertrouwd beest gezien, en dat bonte stamboekvee, met die grillige zwart-witte tekeningen staat de laatste jaren model voor nogal wat bedrijfslogo’s. Ook in computerland. Om te beginnen heb je natuurlijk Gateway 2000, dat in oktober ook op de Nederlandse markt de aanval geopend heeft.
Dat Gateway is, letterlijk, een Amerikaanse computer-boer die tien jaar geleden door twee jongens ergens in the mid-West op poten is gezet. Ze leenden het startkapitaal, 10.000 dollar, van oma, en begonnen vanuit haar leegstaande boerenschuur de markt te bestoken met zelf in elkaar gezette pc’s. Tien jaar later was die toko uitgegroeid tot een bedrijf met zesduizend man personeel en een plaats hoog op de Fortune 500, een lijst van de meest succesvolle bedrijven in Amerika.
De filosofie achter het succes van Gateway 2000, in een markt waarin de concurrentie moordend is? Ze leveren de nieuwste technologie goedkoper dan waar dan ook. Ze geven, op zijn Amerikaans, de mogelijkheid om na een maand, mocht er onverhoopt iets niet bevallen, alles weer in te leveren, en dan krijg je ook meteen je geld terug. Drie jaar garantie op de hardware, de rest van je leven gratis telefonische ondersteuning en, mocht dat nodig zijn, gegarandeerd binnen 48 uur gratis technische service aan huis. Dat doen ze dus allemaal al tien jaar in Amerika en daarmee zijn ze een half jaar geleden in Nederland ook begonnen. Ik heb er geen enkele ervaring mee, maar ik lees er links en rechts in computerbladen wel eens wat over en daar zijn eigenlijk nauwelijks klachten tussen te ontdekken.
Het leuke van de twee multi-miljonairs die de zaak uitgebouwd hebben vind ik dat ze hun afkomst nooit verloochend hebben. Integendeel, ze profileren zichzelf nog steeds als twee boerenjongens, en alles wat er bij hun de deur uitgaat is verpakt in zwart-witte dozen, model koetje-boe.
Ik denk dat er nogal wat Nederlandse middenstanders, en ik praat dan niet expliciet over computer-winkels, wat kunnen leren van dat Amerikaanse model. Een winkel waar ze vriendelijk tegen me zijn, die scoort bij mij altijd hoog. Daar rijd ik een eindje voor om, zelfs als het brood er een gulden duurder is dan bij dat stuk chagrijn bij mij op de hoek, waar ze me niet meer terug zien.
Het maffe is dat ik geneigd ben om, winkelend op het World Wide Web, dezelfde argumenten te hanteren. Die droge home-page’s, waarin opgeblazen ego’s in wollig taalgebruik, aangekleed met bloedserieuze grafiekjes, hun gelijk over het net proberen te verspreiden, die vinden nooit een stekkie in mijn favourite hotlist. Voor hen geldt hetzelfde als voor die bakker: dààààg, ik ga wel een paar deuren verder.
Onze systeembeheerder, uiteraard goed op de hoogte van het gedonder dat iedere netsurfer wel eens heeft met dé winsock.dll, vroeg me of ik wel eens van two cows gehoord had. Dat meende ik tenminste te verstaan, maar toen hij me de site liet zien die hij bedoelde, bleek dat tucows te zijn. Maar dat was alleen maar fonetisch gemuggezift, want het logo van deze computerwinkel blijkt wel degelijk uit twee mooien koeien te zijn samengesteld.
De schappen van de winkel van de twee koetjes blijkt barstensvol software te liggen die iets met Internet te maken heeft. Bakken vol programma’s op het gebied van networking, modems, browsers, winsocks, newsreaders, televideo, voice chatting, allerlei soorten internet-tools. Alles wat maar wil draaien onder Windows 3.1 of 3.11, of onder Windows 95.
Wat zegt U? Of ik nou alweer van mijn geloof gevallen ben? Nee hoor, maar ik eet tegenwoordig, in computertermen tenminste, van twee walletjes. Ik blijf lekker doorklungelen met het leren van Linux, dat ik nog steeds niet plat gekregen heb, en intussen draai ik ook nog wat Windows applicaties op die bescheiden partititie op een van die harde schijven die ik DOS en Windows ter beschikking gesteld heb.
Dat doe ik overigens ook omdat me de laatste weken gebleken is dat de verslagen van die mijns inziens heroïsche veldslagen waarmee ik dat lastige Linux een beetje onder de knie ben beginnen te krijgen, nou niet bepaald aan iedereen besteed blijken te zijn. De bescheiden, maar harde kern van geïnteresseerden in Linux, die iedere keer opnieuw naar mijn vorderingen blijft vragen, kan gerust zijn. Zie deze aflevering maar als een mooi stukje multi-tasking, waar Linux zo sterk in is. Terwijl ik over Windows-applicaties zit te tikken, draait Linux op de achtergrond geruisloos door.
Terug naar tucows.com, The Ultimate Collection of Winsock Software for 3.11 and Windows 95. Hele mond vol, maar het klopt wel. Ik was een beetje sceptisch toen het adres onder mijn neus gehouden werd. Zo van +het zal allemaal wel, maar wat ik hebben wil kan ik toch al lang ergens vinden…’. Ook op Compuserve heb je forums vol met software, om over de nieuwsgroepen op het World Wide Web maar niet te spreken. Wat moest ik ermee? Maar of ik daar nou wel of geen gelijk in heb doet er niet zoveel toe, realiseerde ik me toen ik een blik op de Twee Koeien geworpen had.
Want hier geldt hetzelfde als voor de virtuele winkels die mijn voorkeur genieten: bevalt zo’n toko me om de een of andere reden dan hebben ze er een vaste klant bij. Tucows heeft er een klantje bij. Het taalgebruik van de winkel staat me wel aan, er zijn een paar aardige links te vinden naar andere interessante sites en als ik de komende tijd nog iets nodig heb om de Windows-kant van mijn Internet-activiteiten te ontplooien dan heb ik het daar snel gevonden.
Wat het kost? Niks of niet veel, het ligt er maar aan wat je wil hebben. Het is eigenlijk best een maffe ontwikkeling dat sommige van de beste Internet-tools geen cent kosten. Zo kan iedere particulier de browser Netscape, door velen beschouwd als het neusje van de zalm, gratis binnenhalen én gratis blijven gebruiken. Al is dat bij Netscape een beperkt aantal dagen, maar dat komt alleen maar omdat ze je op die manier dwingen om over een bepaalde tijd de nieuwste versie te downloaden, zodat de oudere uitvoeringen mettertijd vanzelf uitsterven.
Free Agent, een newsreader die ook al door velen als de beste wordt beschouwd, kost ook al niets. Daarnaast zijn er ook tientallen programma’s te vinden waar wél voor betaald moet worden. Je kunt ze wel binnenhalen, maar als daar een vergoeding tegenover verwacht wordt, merk je dat tezijnertijd vanzelf. Van die programma’s werkt bijvoorbeeld alleen maar een gedeelte en krijg je een ontbrekende sleutel als je vijftig dollar hebt overgemaakt. Of het duurt iedere dag iets langer voordat het wil starten, of je kunt er bijvoorbeeld geen files mee opslaan of zoiets. Voor wie wat te winsokken heeft is die tucows een aanradertje.
Enige dank aan onze systeembeheerder is derhalve op zijn plaats en voor wat hoort wat. Daarom heb ik voor hem ook een adres waar hij, naar ik van harte hoop, helemaal niets van leren kan. De FTP-site heet de Bastard Operator from Hell. Het is een hilarische opeenvolging van pagina’s vol verhalen over een systeembeheerder die ik zelfs mijn ergste vijanden niet toewens.