Nieuw was het niet voor me. Minder is het ook niet geworden, zo is me de afgelopen tien dagen gebleken: de Amerikaanse fascinatie voor alles met sport te maken heeft in het algemeen en de cijfertjes in het bijzonder. Aan mijn vaderlandse voetbalvrienden is de wijsheid niet besteed en geschiedkundigen die niks met sport hebben, halen hun schouders erover op, maar wie hart en ziel van Amerika wil leren begrijpen, zal het honkbal moeten leren kennen.
Voorgaande one-liner is niet van mij, maar werd al in 1954 geproduceerd door de Franse cultuurhistoricus Jacques Barzun. Niet de minste, want al sinds de Tweede Wereldoorlog hoogleraar en rector magnificus aan de Universiteit van Columbia. Met een rits publicaties achter zijn naam, waarvan de titels niet eens in de voor deze column beschikbare ruimte passen.
Een van de mooie dingen van Amerika: de prominente plaats van sport in de cultuurgeschiedenis. Hier is het rijtje (semi-)intellectuelen dat vanuit de grachtengordel wel eens iets wil publiceren over schaken, voetbal of wielrennen, op één hand te te tellen. Daar is er alleen al over baseball, the national pastime, een stoot literatuur beschikbaar waarmee alle schappen van de complete bibliotheek van een stad als Breda met gemak gevuld kunnen worden. Let wel, literatuur, en uiteraard is er daarnaast nog een zooi bagger waarmee het best een vuilnisbelt opgehoogd kan worden.
Omdat die honkbalcultuur momenteel een flinke injectie krijgt door een de belangrijkste musea van het land aandoende tentoonstelling, kom je geen boekenwinkel binnen zonder een muur met fantastische honkbalboeken te passeren. Ook al zo prachtig in die Amerikaanse mega-boekenwinkels, net zo groot als een provinciehoofdstedelijke bieb, een cultuur op zich. Je pakt maar een paar boeken van die stapel en gaat op je gemak in een van de luie stoelen zitten, voorzien van een heuse schemerlamp. Niemand die je lastig valt als je daar een hele zondagmiddag blijft zitten, en ook niemand die je stoort als je in zo’n lezerswalhalla met een duur fotoboek op je schoot in slaap valt. Geen probleem, ze zijn van ‘s morgens zes tot ‘s avonds elf open, dus uiteindelijk word je vriendelijk gewekt. Er zijn maar twee regels: stelen mag niet, en als je koffie op een boek laat vallen moet je het kopen.
Stel u zich eens voor, voetballiefhebber, een tentoonstelling over uw sport, opgezet en uitgevoerd door historici, die zelf liefhebber zijn. Ongelooflijk uitgebreid, te mooi voor woorden, geen enkel facet dat vergeten is, veel te veel voor maar één dag. Stelt u zich eens voor dat zo’n tentoonstelling drie jaar door Europa toert, lang het Rijksmuseum, het Prado, de Hermitage, en het Louvre. Thema: voetbal in Europa.
Dat is wat er gaande is met ‘Baseball as America‘, al in maart 2002 in New York geopend, en nu, na Los Angeles, Chicago en Cincinnatti, tot medio oktober in het National Museum of Natural History aan de Mall in Washington te bezichtigen. Pas in augustus 2005 wordt-ie afgesloten, via Saint Louis en Houston.
Wat er allemaal te zien is? Tja, wat is er niet te zien? Zou er zo’n reizende voetbaltentoonstelling komen, dan zouden alle ballen er zijn waarmee de beslissende goals in de WK-finales gemaakt zijn. Met certificaten van echtheid, de shirts van de belangrijkste spelers, hun schoenen en sokken, de netten en de doelpalen. Niet alleen de glorie, maar ook tastbare aandenkens aan de dieptepunten. Aan de slachtoffer van De Heizel, van de brand in Bradford, de SLM-crash, en van alle andere voetbalrampen in de geschiedenis. Met tienduizenden voorwerpen, boeken, reclame-uitingen, met wandpanelen, films en video’s over het racisme in de sport, over omkopingen, list en bedrog, over verlies en teleurstelling, winst en glorie. Niet alleen de gladiolen, vrij naar Gerrie Knetemann, maar ook de dood.
Van commercie weten die Amerikanen ook alles. Dus is het extern met miljoenen gesponsord, is ‘The Book‘, veel meer dan de catalogus van de expositie een amper te tillen juweel van 320 pagina’s, en kun je jezelf na afloop blut kopen in de Museum Shop.
Kom op voetbalhistorici, dat moet jullie ook kunnen.