Cadetten bij de Historiespelen van KMA voor de Henricuspoort, 12 november 1936, Stadsarchief Breda.
Binnen Defensie is vooral op de officiersopleidingen KMA in Breda en het KIM in Den Helder sprake van wangedrag, zoals ongewenst seksueel gedrag en pesten. De gesloten cultuur blijkt een voedingsbodem te zijn voor dit gedrag. Leidinggevenden en instructeurs grijpen onvoldoende in als zij hierover signalen krijgen.
Dat blijkt uit een rapport van het onderzoeksbureau Blauw Research dat demissionair minister Eimert van Middelkoop (Defensie) gistermiddag naar de Tweede Kamer heeft gestuurd. In de begeleidende brief kondigt hij maatregelen aan die wangedrag moeten voorkomen of terugdringen. Ook wil hij de positie van degene die klaagt, versterken.
De Tweede Kamer had om het nadere onderzoek gevraagd. De afgelopen vier jaar zijn al maatregelen genomen nadat de commissie-Staal had geconstateerd dat er te veel wangedrag en misstanden waren binnen Defensie. Onlangs kwam voorzitter Jan Kleian van de militaire vakbond ACOM met nieuwe beschuldigingen over wangedrag op de KMA.
De conclusie van het rapport van Blauw Research begint met de mededeling dat de omgangsvormen op de meeste opleidingen door de studenten als overwegend positief beoordeeld worden.
Toch heeft ruim een derde van de leerlingen (38 procent) wel eens te maken gehad met een vorm van ongewenst (seksueel) gedrag of structureel pestgedrag. Volgens het rapport komt pesten in mindere mate voor dan ongewenst seksueel gedrag, maar ondervinden leerlingen van pesten wel vaker last dan van ongewenst seksueel gedrag.
Vrouwen hebben volgens de onderzoekers vaker dan mannen te maken met ongewenst gedrag, in het bijzonder ongewenst seksueel gedrag. Tegelijkertijd ervaren zij in de meeste gevallen als gelijke te worden behandeld door medeleerlingen en kaderleden en instructeurs.
Op grond van de resultaten benoemen de onderzoekers verschillende achterliggende factoren die kunnen bijdragen tot uitingen van ongewenst gedrag. Deze hebben onder meer betrekking op de wijze waarop het onderwijs is georganiseerd en de rol die het kader en instructeurs vervullen in de vorming van en het onderwijs aan leerlingen. Ook elementen zoals verveling, sociale controle, groepsdruk en een gebrek aan privacy kunnen een negatieve invloed hebben. De onderzoekers benoemen ook externe factoren die bijdragen aan het ontstaan en de instandhouding van ongewenst gedrag. Zo zou de algemene verharding in de maatschappij duidelijk waarneembaar zijn in een grote organisatie zoals Defensie en zou deze ook tot uitdrukking komen in de omgangsvormen van leerlingen.
Volgens minister Van Middelkoop onderstrepen de incidenten op de Nederlandse Defensie Academie (NLDA) die onlangs in de publiciteit zijn gekomen de noodzaak om op alle niveaus in de defensieorganisatie alert te blijven als het om ongewenst gedrag en integriteitschendingen gaat.
“Ik moet constateren”, schrijft hij aan de Tweede Kamer, “dat het heeft ontbroken aan aandacht voor de gevolgen van ongewenst gedrag voor het verdere functioneren van het slachtoffer.”
Van Middelkoop onderschrijft de conclusies en de aanbevelingen in het rapport. Er komen twee actieprogramma’s die ervoor moeten zorgen dat de interne cultuur, de vorming van studenten en de zorg voor integriteit verbeteren. Vooral binnen het KIM en de KMA moet snel verandering komen, vooral door het kader meer alert en actief te maken, schrijft de minister.