Den Witte Hemel in Geertruidenberg is gevestigd in een pand, waarin de afgelopen vijfhonderd jaar heel veel gebeurd en veranderd is. Zo veel dat met een chronologisch opsomming van eigenaren en uitbaters hier met gemak twee hele pagina’s gevuld kunnen worden. Gesticht als herberg, later brouwerij, hoedenfabriek en statig woonhuis. Vanaf begin jaren negentig van de vorige eeuw weer zoals het vijf eeuwen geleden begon: een herberg, waar bier gedronken wordt.
Misschien is er in Holland geen café, geen pand, dat zoveel namen gehad heeft als De Witte Hemel. Vanaf 1526: Inde Croone, de Vergulde Croon, Inde Sterre, Ide Vergulde Sterre, De Schenckan, Brouwerij de Drie Leliën, De Witte Zwaan, Oeconomische Fabrica, Den Witte Hemel. Opvallend detail midden in de gevel, vlak boven ramen van de eerste verdieping: een steek.
Net zo’n zwarte dwarse hoed als Lodewijk Napoleon cadeau kreeg toen hij in 1809 de in het pand gevestigde hoedenmakerij bezocht. De nazaten van hoedenmaker Smolders zouden nog generaties lang aan de Markt blijven wonen. De geschiedenis van het pand is in 2010 door Arjan van Loon van de Oudheidkundige Kring ‘Geertruydenberghe’ uitvoerig gedocumenteerd en beschreven in het boek ‘Markt 1’ in de serie ‘Panden en Standen in Geertruidenberg’.
Huisnummer 1, aan een Markt die vergeven is van de monumentale panden. Waar de crisis, net als in de oude straten van de vestingstad, zichtbaar is. Nogal wat monumenten, al dan niet van de keldervloer tot en met de nok gerestaureerd, staan er te koop of te huur.
Den Witte Hemel ziet er piekfijn uit, van buiten, en van binnen. Biljarters die er voor het eerst binnenkomen om tegen een van de drie teams te caramboleren, schrikken zich lam. Het biljart lijkt wel een skischans. “Maar ik krijg er nooit klachten over”, lacht kastelein Corrie Keijzers, “het staat echt waterpas. Het lijkt alleen maar scheef omdat de muren en de plafonds niet helemaal recht zijn.”
Corrie kwam in 1991 achter de bar van het toen kersverse café terecht. Een jaar later draaide ze de boel samen met de toenmalige eigenaar, om het café in 1995 zelf over te nemen. De naam komt van de engeltjes die in de ornamenten van de witte gestucte plafonds zijn verwerkt. Boven de bar een paar levensgrote witte engelen. “Die hebben klanten voor me meegebracht, of ze hebben me getipt dat ze ze ergens te koop hadden zien staan.”
De twee zijmuren in het voorste gedeelte van Den Witte Hemel worden ingenomen door twee enorme schilderijen van De La Rivière. Beter gezegd; door twee enorme lijsten, want de uit 1805 daterende beschilderde behangsels zijn mettertijd vrijwel onzichtbaar geworden. In 1896 zijn ze al eens gerestaureerd, maar gezien de kosten ziet het er niet naar uit dat de kleuren nog een keer opgehaald gaan worden.
Tientallen andere oude elementen zijn nog steeds prominent aanwezig, trapleuningen, kachels, deurtjes van de bedstee, kroonluchters en plafonds. Onder de in de middeleeuwen gemetselde bogen in kelder een volwassen en moderne koelinstallatie. “Daar wilden ze de vloer voor openbreken,” zegt Corrie, “maar toen ik zei dat het hele verhaal dan niet door zou gaan hebben ze hem in onderdelen naar beneden gebracht en daar aan elkaar gelast.”
Anno 2012 is de clientèle een mix van jong en oud in een café waar altijd veel muziek in zit. Als het biljart met een druk op een knop waterpas in de kelder verdwenen is, kunnen de beentjes van de scheve vloer. “Er is ieder weekeind wel iets te doen. Van alles. Rock, blues, Nederlandstalig, maar ook kenniskwissen. Pas geleden hebben we een herfstbokweekeinde gedaan, het hele café vol met bladeren geveegd. Die lagen er genoeg op de Markt.”
Aan de muur achter de bar hangt een foto van een vrolijk gezelschap, allemaal gekleed als Napoleon, met steek. “Het thema met carnaval was dit jaar ‘De Franse Slag’,” lacht Corrie Keijzers, “mijn achternaam paste daar goed bij.”
De gemiddelde leeftijd is wisselend. “Dat vind ik het leukste van mijn café. Er komt van alles binnen. Ik ben een van de sponsors van voetbalclub Right Oh, maar er komen ook zaalvoetballers, en er wordt vanaf woensdag iedere dag veel gebiljart. Komend weekeinde is het weer elfde van de elfde en dan hebben we ook nog de leden van de motorclub die het hele jaar door binnenvallen.”
Volgend jaar wordt het ieder weekeinde extra druk op de Markt. “In 2013 bestaat Geertruidenberg 800 jaar, dus dat wordt groot feest.” Gezien de uitpuilende agenda van volgend jaar wordt dat feest in ieder geval niet met de Franse Slag georganiseerd.