‘t Strooienhuis, tussen Etten-Leur en Hoeven, valt op door het enorme parkeerterrein. Soms komt je er langs op de heenweg richting Oudenbosch en is het bomvol. Passeer je een paar uur later op de terugweg, is het uitgestorven. Andersom kan ook. Soms in de morgenuren geen levende ziel te bekennen, puilt de parking in de middaguren uit.
Iedere derde zondag van de maand strijkt er pruttelend historisch erfgoed neer aan de Hoevenseweg. Dan is de lap asfalt gereserveerd voor de leden van Oldtimer Vereniging Brabant.
De parking is er een zoals klassieke lokaliteiten aan een doorgaande baan er vroeger allemaal een hadden. Op zijn Bels. Geschikt voor vrachtwagens van truckers die tussen de middag een warme prak en aan het eind van de dag een pint kwamen pakken. Samen met vertegenwoordigers en koeriers van de sneldiensten. Het soort parkeerterreinen waarop de natuur na na de aanleg van rond- en snelwegen in de jaren zeventig het verloren terrein heroverde. De genadeklap voor die klassieke klandizie: de gps-systemen.
“De chauffeurs worden tegenwoordig constant in de gaten gehouden,” lacht Dymphy Eversdijk-De Rooij. “Als ze vijf minuten stil staan gaat de telefoon,” vult broer Piet aan, “waarom ze nog niet op weg zijn.”
Piet en Dymphy draaien ‘t Strooienhuis samen met Carlo en Carola Eversdijk, zoon en en dochter van Dymphy. ‘t Strooienhuis is een van de oudste horecabedrijven in Etten-Leur. Vanaf 1782 een tapperij en bierhuis, maar waarschijnlijk was er al tussen 1740 en 1748 een tent met een strooien dak. Waarin bier geschonken werd voor de troepen die in die jaren in de omgeving gelegerd waren tijdens de Oostenrijkse successie-oorlog. De latere stenen herberg had aanvankelijk ook een strooien dak, maar er kwamen pannen op, nadat het rieten dak door vonken van de passerende stoomtram in de fik geraakt was.
De aanleg van de stoomtram, in 1890, is bepalend geweest voor wat het twee eeuwen lang zou blijven: een vrachtknooppunt. Met een weegbrug voor bieten en pulp. Op de gevel stond ‘Station Strooien Huis’, een naam die veel meer dan die lading dekte. Het was niet alleen hét vervoerscentrum van Etten, Leur en Hoeven, maar ook café, voederplaats voor paarden, brandweerpost, stembureau, brievenbus. De oorspronkelijke bebouwing is niet meer.
“Toen we eind jaren zestig de vergunning voor verbouwing aanvroegen, kregen we die alleen als we alles zouden slopen en naar achteren zouden verhuizen. Omdat er fietspaden aangelegd moesten worden.”
Die nieuwbouw, in geel baksteen en parket dat je in Belgische cafés vaak ziet, is net zo kaal als karakteristiek. Met veel sanseveria’s voor de vensters in grijze aluminium sponningen. Wat ons al vaker opgevallen is: in oude cafés ten westen van Breda wordt bier bijna overal uit de fles gedronken.
Zo ook in ‘t Strooienhuis. Prominent aanwezig: een koelkast met twee glazen deuren, vol flessen. Aan de zijkant van de toog van het café zelf staat één tap, en in de zaal zelfs twee. “Maar de vaste klanten bestellen fleskes,” zegt Carlo, “wie dat wil kan een takpe krijgen, maar daar wordt nauwelijks om gevraagd.”
Piet, Dymphy, Carlo en Carola zijn het over een ding roerend eens: zo weinig mogelijk veranderen aan ‘t Strooienhuis.
“Onze gasten komen niet voor chic. Ze voelen zich hier thuis zoals het is, en wij ook. Onze ouders en grootouders hebben het zo neergezet, zo is het goed.”
Dat vinden de verenigingen kennelijk ook. De KPJ is er thuis, net als de biljartvereniging die de naam van het café draagt en die samen met BV ‘Het Mag Geen Naam Hebben’ het groene laken bespeelt. Blaaskapel Simpelfonie deelt de zaal met de bridgers van ‘Ons Genoegen’, de linedancers van de ‘Cross Road Dancers’ en de 40 leden van het Variakoor. De Platvissers vergaderen er voor het hengelen, de voetballers van De Meeuwen gebruiken het eigen veld naast het café. Ze drinken koffie voor de wedstrijd en als ze gewonnen hebben bier.
Als ze verloren hebben trouwens ook.
Een waarschuwing voor wie naar de door Carlo en Carola gemaakte website klikt: het geluid dempen. Voordat de kat van schrik in de gordijnen vliegt. Daarna kunt de hele dag luisteren naar Apache van The Shadows, met de fantastische Fender Stratocaster van gitarist Hank B. Marvin.