Wie veel fotografeert moet vaak batterijen opladen. Ik werd een beetje moe van het gedoe met vier opladers en vier snoeren – en vier vrije stopcontacten – nodig om minstens een keer per week de 600D en de 5D aan het 240 infuus te leggen. Vooral de elektromotor in de 70-200 op de 5D verstookt nogal wat watts, maar ja, dat is de prijs voor bloedsnel en geruisloos focussen. En nu ik in iedere camera een draadloze EyeFi WiFi SD card heb gestopt – wat een genot overigens – zijn ze nog iets sneller leeg.
Dat moest anders kunnen. Wat ik wel vaker doe: een uur zitten zitten kijken naar en graaien in de de verzamelde rommel in mijn man shed/museum en goed nadenken – mijn lief noemt me in die rol Malle Pietje – tot de eureka arriveert. Die is altijd sneller dan de executie, maar het komt altijd goed. Voila: een hoogglanzend gepolitoerd houten oplaadstation, in de trend Diesel Punk 2.3. De doos – ze vroeg net of ik mijn grafkist in dezelfde stijl wens – is het oude wortelnoten middenconsole van mijn geliefde gifgroene ouwe trouwe Mercedes W124 300 D Automaat, waar ik in 12 jaar bijna 300.000 kilometer probleemloos mee gedieseld heb voordat ik hem verkocht heb. Tuurlijk heb ik er eerst die console uitgepeuterd, die nu alweer bijna vier jaar in de schuur lag te wachten op een nieuw doel in zijn leven. Paar gaten geboord, dubbele bodem erin gezaagd, gepast en gelijmd, setje elektroklemmen gehaald bij Campie, even slikken, vier originele Canon kabels doorgeknipt, spiraalsnoer uit een van mijn 80’er jaren Memphis lampen gesloopt, en onder die dubbele bodem alles aan elkaar geknoopt en gelijmd. Het deksel moet nog even geschuurd, opnieuw gespoten en gepolijst worden, daar zitten wat barstjes in van de hitte in zuid-Europese zomers, maar het werkt! Hah!
Wie veel fotografeert moet vaak batterijen opladen. Ik werd een beetje moe van het gedoe met vier opladers en vier…
Posted by Leon Krijnen on Tuesday, December 29, 2015