In de serie kunst (die nog niet kwijt is) in Breda in beeld publiceerde de Gemeente Breda vanmiddag een post over de twee feestvarkens, die sinds 1991 op de kruising van de Haagweg en de Posthoornstraat in Princenhage staan.
De Gemeente: ‘Kunstenaar André Karthaus; ontwierp dit kunstwerk ‘Nil’ als geschenk voor carnaval vierend Princenhage. Hij was zelf een van de leden van de Raad van Wijze Mannen van CC ‘t Aogje. Extra toepasselijk nu we 11-11 het nieuwe carnavalsseizoen weer aftrappen! Wat vind jij van dit kunstwerk?’
Kennelijk is degene die het gepubliceerd heeft, twee dingen vergeten. Om te beginnen dat het hier om de eminente chirurg Dré Karthaus gaat, en dat zijn varkens een keer gestolen zijn. En weer teruggevonden, hetgeen helaas niet voor alle in Breda weggemaakte, verloren, kwijtgeraakte of gewoon weggeflikkerde kunstwerken geldt.
In januari 2003 werd het in 1991 geplaatste monument van zijn sokkel gerukt en meegenomen. Van Nil, het varkentje met het potje bier in zijn voorpootje, resteerden slechts twee stompen van zijn achterpootjes. Het beeldje van zo’n 60 à 70 cm hoog werd op 9 februari 1991 ter gelegenheid van het 33-jarig bestaan van CC ‘t Aogje aangeboden aan de Princenhaagse gemeenschap. Een paar dagen later werd het terug gevonden in een vuilniszak in de Posthoornstraat. Flink beschadigd, voor carnaval weer gerepareerd.
Dré Karthaus mag dan, naast begenadigd chirurg én beeldhouwer, ook nog carnavalsvierder geweest zijn, ik heb geen foto van de man kunnen vinden waarop hij lacht. Maar ja, misschien had ie gewoon een gloeiende hekel aan poseren, terwijl Johan van Gurp toch altijd probeerde om iemand opgewekt te portretteren. Op alle portretten zit er tegen heug en meug bij, zo van ‘moet dat nou?’ Dokter Karthaus, ik denk niet dat een van zijn collega’s hem ‘Dré’ durfde te noemen, laat staan ‘Dréke’, stond ook bekend bekend als ‘nogal lastig’.
Hij overleed in 2015 op 93-jarige leeftijd, en was van 1956 tot 1987 hoofdchirurg in het toenmalige Ignatius. Ik kan me vaag herinneren dat het nogal wat voeten de aarde had voordat er een recensie, met interview in de krant kwam over de soort van auto-biografie die hij na zijn afscheid had geschreven had.
Marja Klein Obbink sprak hem over dat boek met de titel ‘Snijden, knippen en knopen’. Kennelijk was ie beter in snijden en boetseren dan in schrijven.
Mooi verhaal, waarin de waardering voor zijn vakmanschap buiten kijf staat. Al bevielen een paar zinnen hem kennelijk niet zo goed: ‘Maar vooralsnog presenteert Karthaus zich als een onbegrepen onruststoker, die heilige huisje omver schopt’.
Of omdat Marja het waagde om op te merken dat sommige anekdotes met een korrel zout genomen moeten worden. Dat was tegen het zere been van de chirurg: ‘Ik schrijf alleen maar de waarheid!’
Die hij, zoals zuster Irmgardis hem eens tevergeefs influisterde, ‘altijd zo bruut kon zeggen’.
Ik heb de recensie van zijn boek toegevoegd bij de foto’s op Facebook. Voor de liefhebbers, of voor wie er nu nieuwsgierig naar is geraakt, nog te verkrijgen via Bol.com.
Marja nu, in een reactie: Was geen makkelijke man. Maar een paar dagen na de publicatie van mijn artikel stond een paar dagen later bij mij op de stoep met een cadeau. Ik woonde toen nog woonde een paar honderd meter verderop in buurtschap Helkant. Hij vond dat zelf heel wat, dat de grote Karthaus mij een cadeau ging geven. ‘Was ook heel bijzonder wat hij ging geven’, herhaalde hij. Het was een klein vaasje, afkomstig uit zijn vakantieland Frankrijk.
Marja: ‘Ook bijzonder: na zijn pensioen bleef hij rondrijden in zijn rode raceauto. Een Ferrari? Hij reed er ook mee naar de Albert Heijn in Made. Op een dag rijdt de inmiddels tachtiger op de parkeerplaats achteruit tegen mijn auto aan. Een excuus kon er niet af en het kwam er op neer dat het eigenlijk mijn schuld was. Dré Karthaus zal nooit buigen. En waar dat vaasje is gebleven? Ik ga het opzoeken’.
Van onderstaande foto, die Johan op donderdag 5 april 1990 van hem maakte, straalt het chagrijn er af. Maar dat komt misschien, zo lezen we linksonder op het model van de te bouwen nieuwe verpleegafdeling, dat het een ‘discussie model’ was. De lakens uitdelen, dat kon Karthaus als de beste, maar overleggen was, zullen we maar zeggen, niet zo zijn ding. Ik vraag me overigens af waar deze maquette gebleven is 🙂
| #GemeenteBreda | Facebook: Post Gemeente Breda | Website Ignatius Ziekenhuis: A.J.M. Karthaus (1922 – 2015), chirurg van 1956 tot 1987.