Zit ik in het Tilburgse archief te zoeken naar de achtergronden van een verhaal bij een prachtige foto, kom ik daar eindelijk een goede foto van Cupido tegen. ‘Cupido Motormuis’ staat er op het zijspan van zijn minimotor, met het zwaailicht op zijn helm. Op vrijdag 17 februari 1984 ergens in Tilburg door Martien van Eijndhoven vijf keer gekiekt. Of door een van zijn twee zoons van het gelijknamige Tilburgse persbureau.
Verder is over Cupido geen letter in de Tilburgse archieven te vinden dus het blijft gissen hoe en waarom hij daar ruim vier decennia geleden beland is.
De eerste foto heb ik even ingekleurd met de Colorize plug-in van Photoshop, maar het voegt niet veel toe, en ze lijken alle vijf wel erg veel op elkaar.
Er zijn veel verhalen over wijlen Cupido, maar weinig foto’s. Cupido, Wim(ke) Meeuwesen is geboren en getogen op woonwagenkamp Driekoningenoord aan de Terheijdenseweg, daar waar nu de kunstijsbaan ligt. De paar foto’s die we kenden, zijn afkomstig van de verschillende keren dat-ie de afgelopen jaren op Facebook even herrees. In Oud Breda, of op de Klapcot pagina. Een paar kwamen er geloof ik uit de archieven van Dirk van Hemert, Renate Hoeks en Toon de Zwart, de andere, geen idee. Ook in het Stadsarchief is er geen woord, beeld of geluid over Cupido te vinden.
In de jaren zestig, zeventig, tot in mijn herinnering ergens in de jaren tachtig, zette Cupido graag de boel op stelten in Bredase cafés. Hij zou de perfecte nachtburgemeester van Madurodam geweest zijn. Qua postuur, maar vooral qua voorkomen: als Cupido ergens binnen kwam, dan gebeurde er iets.
Als heel klein Cupidoke zien we hem met een mini fiets, als clowntje opgemaakt en wel. Zijn eerste mini motor, waarmee hij weleens een café binnenreed, om er vervolgens met kop en kont uitgegooid te worden, was door maten of familie op het kamp voor hem gefabriceerd. Daarna kwam die met zijspan, en die paste, ongetwijfeld tot opluchting van een aantal kroegbazen, niet meer door de deuren van de cafés. Later heeft ie de driewieler nog een keer total loss gereden tegen de pomp op de Havermarkt, maar een week later was zijn trike weer in volle glorie hersteld.
Cupido kon af en toe lastig zat zijn, maar iedereen die hem een beetje kende wist dat je beter geen ruzie met hem kom maken. Het paar stommelingen dat hem een keer een bloedneus sloeg kwam daar een week later tot schade en schande achter. Cupido kwam met een paar Driekoningen terug, wees zijn aanranders aan, en dat was dat. De gasten werden in elkaar getimmerd af, en zijn vervolgens lang niet meer in de binnenstad gesignaleerd.
Cupido deed voor een weddenschap op de bar in het Klap een goocheltruc met een hamer en het horloge van Jan Wijn, dat na de ‘Abacadabra’ tot beider verbijstering in in onherstelbare scherven opdook.
Cupido danste en zong, deed in ieder geval pogingen daartoe, ging daarna met zijn helm rond en verdiende er drank en knaken mee.
In die rol was hij er een van een legendarisch trio. Met lange Pietje, die niet zong, maar overal peuken bietste, en eentje die we ‘de zanger’ noemden, maar van wie niemand wist hoe hij heette.
‘De zanger’ was maar een paar centimeter langer dan Cupido. Hij arriveerde een paar keer per weekeinde in Beyerd, Bommel, Bruine Pij, Hert en waarschijnlijk nog wel een paar andere kroegen, stapte op een tafel, en zong, zo vals als een kraai, ‘Mama’, van Heintje.
Daarna ging ie met de pet rond, en keek altijd teleurgesteld bij wat je erin gooide, of het nou een kwartje of een knaak was. Soms was er iemand die hem een tientje gaf als hij zonder zingen op zou zouten, maar dan keek ie nog veel droeviger.
In 1972 werd Cupido warm omarmd en ingelijfd door Roel Röring, Eddy van der Meer de Walcheren, en Jacques van Poppel van Slack Gang in hun nieuwe initiatief: ‘Het Popsirkus’.
Mijn ex-collega Henk Postma kondigde in Dagblad De Stem van zaterdag 26 februari 1972 grootse plannen aan:
‘Drie jongens uit Breda, niet De Drie van Breda, gaan volgende week naar Hilversum om in VPRO- Vrijdag reclame te maken voor de première van een uniek pop experiment. Het zijn Eddy van der Meer de Walcheren, Wim Meeuwsen en Roel Röring die een muzikaal voorproefje zullen geven van een pop-circus-show, die op 7 april voor het eerst in het Amsterdamse Paradiso gepresenteerd zal worden.
Het woord POPSIRKUS is een benaming voor een programma waarin behalve popmuziek ook visuele ontspanning geboden wordt. Omdat de jongens vinden dat de pure pop een beetje doodgebloed is en dat er gezocht moet worden naar andere wegen en contacten met andere creatieve uitingen hebben ze een show gemaakt die voor een breed publiek goed te pruimen valt.
Het is bijvoorbeeld de bedoeling dat er straks behalve in jongerencentra ook opgetreden wordt in ziekenhuizen, gevangenissen, kindertehuizen, scholen, bejaardencentra etc. Medewerkers zijn allereerst de zes leden van de popgroep Slack Gang. Ten tweede de eenmansband Lazerus (Eddy van der Meer) die capriolen uithaalt op een driesnarige gitaar en harmonica.
Verder de muzikale clown Cupido (Wim Meeuwesen), Caesarus, een echte boeien keizer die zich op muziek van Slack Gang bevrijdt van kettingen, Mr. Amago, de vader van Caesarus, die een goocheltoer maakt. Circusdirecteur is Hair (Roel) Röring.
Het beoogde effect van het circus is spontane reacties uit het publiek een kans te geven.’
Tot zover Henk Postma. Behalve nog een paar andere aankondigingen, onder meer in De Tijd van zaterdag 11 maart 1972, in Het Parool en zelfs in De Telegraaf, heb ik nergens ook maar één letter of foto van dat optreden in Paradiso kunnen vinden. Een doorbraak is het in ieder geval niet geworden.
Zelf koester ik een prachtige herinnering aan Cupido.
Als het stappen vroeger echt, volledig en helemaal uit de klauwen gelopen was, dan viel er na Beyerd, Klapcot en Stadsherberg in de vroege ochtend een lelijk gat tussen vier en vijf.
Want om 04:00 werd je door Nout de Stadsherberg uit geknikkerd, en Het Hoekske, op de hoek van de Haven en de Tolbrugstraat, ging pas om 05:00 uur open. Tot een paar jaar daarvoor was Toon Simons daar de baas, maar die was door de Brouwerij gepromoveerd tot pr-man en baas van de Brasserie aan de Terheijdenseweg. Waar hij namens Skol alle zakelijke contacten en ploegleiders in de natte watten legde.
Goed, we zaten daar in juni om half vijf, al volop licht, lekker zatjes op de stoep te paffen en te ouwehoeren, komt Cupido daar links vanaf de Markendaalseweg aanlopen, in zijn blote niks, met een geranium in een rode aardewerk pot voor zijn kroonjuwelen.
Geen idee waarom, wie, wat of waar hij opgetreden of buiten gegooid was, ladderzat. Twee minuten later stopt er een Witte Politiekever, met twee aardige politieagenten, die hun Pappenheimer natuurlijk kenden.
‘Kom Cuup, doe effe wat kleren aan, dan kunnen wij verder’. Cuup, in een tamelijk dwarse bui; ‘geef me dan je jas en je pet maar’. De twee kleppen bleven nog even vriendelijk, maar er viel geen land te bezeilen met de kleine exhibitionist, en het liep helemaal uit de klauwen.
Binnen vijf minuten was iets wat niets was, onder luide toejuichingen ontaard in een partijtje vrij worstelen tussen Cupido en de agenten, die in het strijdgewoel allebei hun pet kwijt geraakt waren. Het einde van het verhaal was dat het blote, scheldende, schoppende en spugende minimens achterin de Politiekever afgevoerd werd, naar het bureau aan de Markendaalseweg, tweehonderd meter verderop.
De scherven van de in het strijdgewoel gesneuvelde pot, en de vertrapte geranium lagen op de stoep van het Hoekske. Binnen ging het eerste kwartje in de jukebox, en werden de eerste pinten van de vroege zondagochtend getapt.
Ik las in de comments van een eerdere post over Cupido een mooie van Dirk van Hemert, die hem waarschijnlijk het langst van allemaal gekend heeft, en die eerste foto’s van de jeugdige clown op Driekoningenoord gemaakt heeft.
‘Cupido, Willem Meeuwesen, woonde op woonwagen 13 op Driekoningenoord. Later woonde hij op kamers, ergens achter het oude politiebureau.Nou ja, kamer, tegen het plafond had hij waslijnen gespannen en daar wel duizend stropdassen aangehangen, hele en afgeknipte’.
Jan van Nieuwland zag hem een keer in zijn zwembroek op de Havermarkt optreden. ‘Hij lijkt op de meeste foto’s groter dan hij werkelijk was. Na zijn performance ging hij met met de pet rond. Bij mij aangekomen kon ik mijn kleingeld zo gauw niet vinden. ‘Schiet eens op’, zei hij, ‘ik krijg kouwe poten’.
Violist Jacques van Poppel van Slack Gang een paar jaar geleden over hun Popsirkus: ‘Kees van Golden speelde later, tijdens de optredens in Paradiso, als Cesares de Boeienkoning. ‘De vader van Kees was goochelaar’, aldus Jacques, ‘wiens trucs meestal mislukten. Cupido was onze muzikale clown. Hij schminkte zich met waterverf. Meestal werd dat na een tijdje door het zweten één grote vlek’.
Ik hoop dat er nog veel meer mooie anekdotes over Cupido opduiken. Vanmiddag hoorde ik een hele mooie. Namen ga ik niet noemen, maar twee derde van een trio goede vriendinnen, vaste gasten in het Klapcot, zagen op een hun avond tot hun verbijstering dat de derde in de weer was met Cupido, die op het biljart zat. ‘Hij kuste best lekker’ zei ze later zonder enige gêne 🙂
Wat ik in Delpher gevonden heb over Cupido, Slack Gang en nog een paar aanpalende onderwerpen, heb ik als screenshot bij de foto’s toegevoegd. Daarbij ook de foto, geen idee wie hem gemaakt heeft, die opdook in de Facebook pagina van Het Hijgend Hert.
Er staat een vrolijk en kleurig gezelschap voor de deur van het Hert. Cupido laat zien dat hij op zijn handen kan lopen, terwijl er niemand aandacht aan hem besteedt, behalve het duo dat tegen de deur op de grond zit.
Van de andere herken ik er een paar vaag, en eentje duidelijk: ook al wijlen Roel Horemans met zijn zwarte hoge hoed. Hij doopte zichzelf later om tot Roel QoQo, en maakte onder die kunstenaarsnaam een aantal projecten. Over een ervan heb ik nog een fantastisch verhaal met prachtige foto’s, even geduld.
| Foto’s: Facebook/Leon Krijnen | Facebook: /Oud Breda | Facebook: /Breda |