Hoe ver moet je gaan met het delen van persoonlijke dingen op homepage, website of blog? Ik vraag het mezelf wel eens af, voordat ik op de ‘add entry’ button van mijn MovableType publishing system druk, of op ‘build index’ van ImageFolio, waarmee de fotoalbums binnen dat systeem onderhouden worden.
Mijn publicatieneigingen – los van productieverplichtingen in het kader van het arbeidscontract – stoppen bij gedachten en overwegingen en wat foto’s, die meestal met computers, internet en reizen te maken hebben.
Verder heb ik geen behoefte om persoonlijke dingen op het web voor het voetlicht te brengen, maar de individueel te beantwoorden vraag is natuurlijk wat wel en wat niet als persoonlijk te beschouwen. Zo hebben twee jonge ouders een reportage van hun doodgeboren kind op hun website geplaatst, waarbij ze aan de ingang van het album waarschuwen voor de schokkende foto’s. Geen haar op mijn hoofd die eraan zou denken, maar kennelijk is het een nieuwe manier om het rouwproces te doorlopen.
Zo zijn er ook websites of weblogs die, compleet met indringende foto’s, gewijd zijn aan het ziekteproces van de webmaster in kwestie, al dan niet afgesloten met genezing. Een waarschuwing op de voorpagina van zo’n site lijkt me ook geen overbodige optie. Ook al heeft die weer weinig zin als je via een zoekmachine pardoes op het meest intieme gedeelte van zo’n site beland, hetgeen me overkwam in het geval van de doodgeboren baby met niet volgroeid hoofdje. Je hoeft er natuurlijk niet naar te blijven kijken en met één klik ben je er weer weg, maar het is even schrikken en slikken. Naast de eeuwige discussie of over smaak te twisten valt, is de vraag hoe hoog je de maatlat van kwaliteit legt. Daarbij moet je dan weer uitkijken om niet al te aanmatigend over te komen. Desalniettemin: er zijn nogal wat websites waar de makers dingen op zetten – foto’s, schilderijen, prutsels, liedjes, gedichten – die het aanzien, lezen of horen niet waard zijn. Dat beschouw ik maar als een leerproces, in het kader waarvan ik zelf ook wel eens dingen tegenkom die ik ooit trots gemaakt heb, maar die me nu doen blozen van schaamte. Verder zijn er mensen die mijn hedendaagse konterfeitsels helemaal niks vinden, qua smaak dan wel kwaliteit.
Daar haal ik mijn schouders niet over op, want, in het kader van dat leerproces ben ik het binnenkort wellicht met ze eens. Een website bouwen en onderhouden is als reizen: waarom doe je het? Niet om te arriveren, zoals velen die met hetzelfde virus behept zijn, zullen onderschrijven, meer om onderweg te zijn. Het maken van een website is een nooit eindigende reis. Het gaat niet om het resultaat, de lol is het is het bouwen, ontwikkelen en pielen, de strijd met de databases, de scripts en de programma’s.
Met soms het Eureka, gevolgd door een welverdiend Belgisch biertje. Hoe meer je reist, hoe vaker je tot het inzicht komt dat je in sommige landen nooit zal zijn. Volgens de laatste telling zijn er 193 onafhankelijke landen in de wereld, al zijn het er volgens China 192; daar wordt Taiwan nog steeds als een lastige provincie gezien. Er zijn mensen die er een levenswerk van gemaakt hebben om ze allemaal te bezoeken. Phil Haines uit Londen deed er twintig jaar over en zou daarmee in 1997 de jongste persoon ooit geworden zijn die alle landen van de wereld heeft bezocht. Na tien minuten zoeken op internet heb ik niet kunnen vinden hoe oud hij precies was, wel dat-ie daarna een reisbureau begonnen is, gespecialiseerd in moeilijke bestemmingen.
Hoe meer je met computers, internet en programma’s te maken hebt, hoe vaker je erachter komt hoe weinig je weet. Zoals ik zeker weet nooit alle landen ter wereld bezocht te zullen hebben, weet ik zeker dat ik nooit zoveel van Linux zal weten als ik zou willen. Niet genoeg tijd, niet genoeg ambitie en, ik zal u voor zijn, misschien gewoon niet slim genoeg. Dus ploeter ik lekker door en zal ik met regelmaat voor lief moeten nemen dat er iets gelukt is zonder dat ik een flauw benul heb van hoe of waarom. Momenten waarop ik me afvraag of er ooit een eind zal komen aan de windhandel in alles wat met programma’s te maken heeft en waar alle grote bedrijven kennelijk zo graag in trappen. ImageFolio, bijvoorbeeld, is het bewijs dat een perfect programma niet al te veel hoeft te kosten. BizDesign vraagt voor de Pro Edition 209 dollar en dat is op dit moment nog geen 175 euro. Drie jaar geleden vroegen we voor de gein aan een gerenommeerd ontwerpbureau te Amsterdam een offerte voor iets dergelijks. Dat liet binnen enkele uren weten dat zoiets ongeveer 25.000 gulden zou moeten kosten, uiteraard niet inbegrepen eventuele onvoorziene kosten.
MovableType was tot vorige week gratis, maar nu moet er betaald worden, hetgeen me, gezien alle mogelijkheden, niet meer dan normaal lijkt. Hoewel Ben en Mena Trott, het jeugdige echtpaar in San Francisco dat het systeem gebouwd heeft, kennelijk nogal geschrokken is van de reacties op de aankondiging dat het niet meer gratis was. Zodat dat de limited edition toch weer gratis is en de rechten van de ‘Personal Edition'(70 dollar) ruimer gemaakt werden. Ik heb het al vaker gezegd, en te vaak tegen dovemansoren, maar met de combinatie van MovableType en ImageFolio kunt u voor een habbekrats een volwassen ingerichte website, krant, portal, magazine of nieuwsdienst draaien. Of een volledig ingerichte winkel op het web beginnen. Maakt niet uit wat u wil verkopen; nieuws, foto’s, kunst, auto’s, u kunt er een digitale Winkel van Sinkel mee inrichten. Doe er uw voordeel mee.