We springen slordig om met ons historisch erfgoed, hier op de krant. Waar, door een toevallige samenloop van omstandigheden, het oude aan het nieuwe grenst. Waar de internetredactie zijn werk doet in een te log, te langzaam en te ouderwets slagschip dat in de slag om de lezer van de toekomst nu eens links en dan weer rechts manoeuvreert.
De internet-hut op die moloch grenst aan een gang die ‘museum’ heet. Daar staan fraaie apparaten uit onze geschiedenis uit elkaar te vallen. Een van mijn geliefde Harris-consoles – met zo’n prachtig toetsenbord – en een Fairchild Intertype, die minstens een ton moet wegen. Op Intertypes en Linotypes, ook van Harris, werden tot halverwege de jaren zeventig de loden letters geproduceerd, die met de hand op de negatieve drukplaten werden gezet. Verder liggen er fotoboeken, uithangborden, matrijzen en jubileumnummers te verstoffen. Vrees niet: er zal niets verloren gaan, want men heeft besloten de collectie aan het Breda’s museum te schenken. Opgeruimd staat netjes.
Verderop is een krocht, waar de laatste resten van ons papieren archief liggen te verslonzen. Nauwelijks gerubriceerd, niet meer bijgehouden. Het is niet meer nodig, want we hebben een digitaal archief. Bovendien staat alles wat ooit op papier gestaan heeft, althans totdat we in 1985 digitaal begonnen te archiveren, ook op microfiche.
Toch zijn er kennelijk gaten gevallen in de overgang van het een naar het ander. Ik wilde weten wanneer we ‘dat schaakkampioenschap voor computers’ georganiseerd hadden. Het moet begin jaren tachtig geweest zijn, maar ik kan nergens vinden of het ’81, ’82, of ’83 geweest is. Ik was sportverslaggever, maar omdat ik toen al graag zat te pielen met computers, werd ik gebombardeerd tot mede-organisator.
Op een zaterdag sjouwden vogels van allerlei plumage kasten, monitoren, en voedingen van nog veel uiteenlopender soorten De Nobelaer in EttenLeur binnen. Een personal computer was toen nog niet IMBcompatible, en dat was ook qua vormgeving te merken. De Atari’s, de TRS 80’s, de Commodore’s en de Amiga’s leken nog redelijk op computers. Maar er waren maar genoeg whizzkids die de hardware, of een gedeelte daarvan, in een schaakbord ingebouwd hadden.
Eentje staat me nog bij: een schitterend gepolitoerd, met verschillende kleuren hardhout ingelegd schaakbord. In de hoek van ieder veld zat een piepklein rood ledje. Had je je stuk verplaatst, dan ging na enige tijd in de hoek van een veld van je tegenstander, de computer, een ledje branden. Tilde je dat stuk op dan ging elders op het bord een ledje aan, ten teken dat je het stuk van de computer daarheen diende te verplaatsen. Wat zijn speelsterkte was weet ik niet meer, maar de vormgeving was van een adembenemende elegantie.
Ik kan ook niet meer vinden wie er won. Ik weet wel dat de vraag of een computer er ooit in zou slagen om de wereldkampioen te verslaan, tot verhitte discussies leidde. ‘Nooit’ volgens de schakers van vlees en bloed die uit nieuwsgierigheid op het toernooi waren afgekomen en die thuis geen computer hadden. Beetje arrogant waren sommigen ook, want iedere clubschaker won toen nog met gemak van de sterkste computer.
Kwestie van tijd, aldus de schakers die ook konden programmeren of zelf hun computers bouwden. Sinds 1997 weten we allemaal dat de laatsten gelijk kregen, want toen verloor Gary Kasparov voor de eerste keer van Deep Blue.
De laatste maanden hoor je steeds vaker dat de FBI, de Russen, de Britten, druk doende zijn om al het internetverkeer te onderscheppen en/of te ontcijferen. Iedere letter, iedere byte die over het net verzonden wordt. Onderscheppen, daar kan ik me nog iets bij voorstellen. De structuur van het net, en het TCP/IP protocol maken zoiets in principe mogelijk, dus wie genoeg geld heeft zou alles kunnen afvangen en opslaan.
Maar ook nog ontcijferen, en lezen? Onmogelijk, vanwege de hoeveelheid? Leren lezen kun je een computer nog wel, maar ook nog begrijpen, interpreteren? Daar heb je toch miljoenen mensen van vlees en bloed voor nodig, want daar zijn computers toch te dom voor? Dat kan zelfs een supercomputer toch nog nooit aan?
Ik denk dat het kan, en dat ik mijn gelijk sneller zal krijgen dan zij die begin jaren tachtig riepen dat een computer de wereldkampioen zou verslaan. Ik ga toch maar eens aan het versleutelen van mijn mail doen. Of zouden ze dat straks ook kunnen kraken?