Een paar weken geleden schreef ik iets over de communicatiekloof tussen redacteuren en techneuten. Los van het fun-gehalte – sommigen vonden het cool, en anderen vonden er niks aan – had ik voor ‘redacteuren’ een willekeurige beroepsgroep in kunnen vullen. Dat is me gebleken uit een aantal reacties van lezers, die toevallig niet in de journalistiek beland zijn.
Een greep: verloskundigen, garagehouders, leraren, ambtenaren, historici, bibliothecarissen, tandartsen. Minstens driekwart Nederland blijkt een haat-liefde verhouding met de computer te hebben. En met hen die ervoor verantwoordelijk zijn dat de krengen meestal wel, soms niet, en bijna altijd slechts ongeveer doen wat ze zouden moeten doen.
Velen die, hetzij door de baas, hetzij door de omstandigheden, gedwongen worden om met computers – en daarom met techneuten – om te gaan, blijken iets te herkennen in de door mij geschetste relatie tussen mens en techneut. Vooral in de verschillen in denken, en de verschillende belangen van hen die met de apparaten moeten werken en zij die ervoor moeten zorgen dat ze werken.
Het zijn derhalve vertrouwde verhalen die me toegestuurd zijn, en dankbare onderwerpen in stamkroeg en op verjaardagsfeestje. De volgende stelling dook vaak op: systeemanalisten en programmeurs zouden minstens een jaar op de werkvloer van een bedrijf geparkeerd worden. Voordat ze een letter mogen schrijven aan het programma waar nog jaren mee gewerkt zal moeten worden.
Daar ben ik het roerend mee eens, na mijn ervaringen van de afgelopen weken. Gedeeld met andere internet-redacteuren, die binnenkort geofferd gaan worden aan de goden en de grillen van een systeem waar we niet om gevraagd hebben. Een systeem dat door hen die er niet meer hoeven te werken de hemel in wordt geprezen. Ik zie de voordelen ervan in, en het kan iets worden, maar er mankeert nog van alles aan.
Het vreemde is niet dat wij, de gebruikers, het daar unaniem over eens zijn. Het rare is ook niet dat de leverancier – of die nu tweedehands auto’s of systemen verkoopt, omzet is het enige wat telt – dat ook weet. Wel gek is dat de verkoper gewoon toegeeft dat het nog niet precies is zoals het zou moeten zijn, maar dat het wel goed komt.
Vreemd, raar of gek, onbegrijpelijk is dat degene die het gaat betalen, alle mankementen en minpunten voor lief neemt. Zo gaat dat bijna altijd. Gelukkig is er in ons geval nog iemand die zijn gezonde verstand gebruikt. De deadline voor invoering is tot nader order uitgesteld.
Meet systeemboeren langs de maatlat van autohandelaren en de helft gaat failliet. Stel je voor dat de controller die verantwoordelijk is voor de contacten met het leasebedrijf de auto’s voor de vertegenwoordigers zou accepteren zoals het systemen waren. ‘Klopt, er zitten nog geen banden onder, maar verder rijdt-ie prima. Banden zitten voor half januari in de planning, maar onze benchmarks hebben uitgewezen dat de stabiliteit prima is, zelfs op natte wegen’.
Waarom geen voorruit? ‘Nou uh, we verwachten dat het de komende maanden niet echt koud wordt. Nee, dat is geen bug, hoe komt u erbij, en bovendien kunt u altijd nog de zonneklep omlaag doen of achteruit gaan rijden. Dat zijn extra’s die niet in de oorspronkelijke specificaties zijn vastgelegd, maar u krijgt ze er gratis bij’.
Intussen heb ik meelij met de inkopers van systemen. De arme zielen zitten knel tussen gebruikers, bazen en systeemverkopers. Het systeem wat er staat, jaren geleden aangeschaft volgens hetzelfde traject dat ik hierboven heb geschetst, moet de deur uit. Het voldoet niet meer, heeft ook nooit voldaan, maar er moet iets beters komen. Niet omdat men eindelijk inziet dat het shit is, maar omdat de hardware het aan het begeven is.
Onderdelen worden niet meer geleverd, het ijzer kan niet meer gerepareerd worden, en op de nieuwe hardware draait de oude software niet. Dat is vaak de enige reden dat een nieuw systeem aangeschaft gaat worden. De click-geiten die nog niet met RSI in de ziektewet zitten, schreeuwen om iets beters.
De account-managers beloven een perfect rijdende auto. De banden en de vooruit worden nageleverd, maar er zitten mooie zonnekleppen in. Hier is de sleutel. Veel plezier ermee.