Het is hier een land van zanikers en zeurpieten en het NOS Journaal is de moeder van alle gezever. Het zou een betrouwbare, onafhankelijke, verslaggevende en analyserende rots in de nooit aflatende branding van de waan der dag moeten zijn.
Maar het is mettertijd verworden tot een breikransje dat het iedereen, van kleuter tot hoogbejaarde, gezellig naar de zin wil maken, met Philip Freriks in de rol van Tante Betje.
De twee populairste pispalen van de redactie binnenland zijn ProRail en De Spoorwegen. Deze week opende het journaal met zeven minuten gezeur over onderhoud, op een toon alsof heel Nederland in Abu Ghraib zit, waar ProRail en de NS stroomstok en zweep hanteren.
Wordt dat onderhoud niet gepleegd, dan krijgen we hier spoorwegen zoals in India of Zuid-Amerika, zou je zeggen, waar men overigens veel meer ellende gewend is, maar met minder tevreden is, meer lacht, en evenredig minder klaagt.
Maar waar ging het nou eigenlijk over? Zoals de woordvoerder van ProRail expliceerde: noodzakelijk werk dat we in het weekeinde en in de nacht doen, teneinde de reiziger zo min mogelijk lastig te vallen. Vallen er ook treinen uit? Jawel, helaas, sorry, eentje, de laatste op maandagavond, maar dan zetten we bussen in…
Om zeven over acht ben ik gaan zappen, want ik kon me niet voorstellen dat iets wat men minder belangrijker achtte dan dit drama, mij zou kunnen boeien. Misschien maar de raad van wijlen Wolkers opvolgen en de televisie voorgoed het raam uit smijten.