Om hem postuum een rund te noemen, ook al heeft-ie ermee gestunt, dat gaat me te ver, maar het is een triest feit dat dit jaar al vier dagen vóór oudjaar het eerste vuurwerkslachtoffer gevallen is.
We mogen hopen dat het geen omen is van veel meer ellende, nu de officiële verkoop oorverdovend van start is gegaan. Bij mij om de hoek zit een leverancier die alleen al in de etalage voldoende voorraad voorhanden heeft om een wolkenkrabber mee op te blazen.
De afvalbakken in de omgeving zullen er niet meer aangaan. Die zijn de afgelopen weken stuk voor stuk gesneuveld, want ze zijn bij de jeugdige genie zeer in trek vanwege de mooie nagalm. Het is de leeftijd die me dit soort overpeinzingen bezorgt, want uiteraard lustte ik er als puber – en ook nog als oudere jongere – ook pap van.
De met mijn eerste baantje als afwashulp zuur verdiende pieken (1,50 per uur) werden in december in rotjes en voetzoekers omgezet, die in suikerbieten of hondendrollen werden gepropt. Om op het juiste moment, als een witte auto of deftige dame naderde, ontstoken te worden.
Dat was toen, en nu is nu, en dankzij de spotjes op de televisie waag ik me niet eens meer buiten als het spul de lucht ingaat. Ik heb een paar keer zelf iets langs mijn hoofd horen fluiten, en ambulances met gillende sirenes gehoord, terwijl het feest nog lang niet afgelopen was. Ik steek de fik in mijn laatste sigaar en blijf lekker binnen. Maak er iets moois van in 2008, en wees voorzichtig.