De ‘keynote’ in Singapore was voor Bill Clinton. Gezien de gangbare hoogte van zijn gage kan hij zich het domein ‘Clinton’ wel veroorloven. Kun je straks mail sturen naar: old@bill.clinton
Gebruikers van internet zijn bij het surfen al gewend aan extensies als .nl of .com. Dat aantal zal flink uitgebreid gaan worden met merknamen als .marlboro, .apple of .coke, en misschien ooit ook .bndestem.
Maar waarschijnlijk niet snel: op de manier waarop een en ander nu in elkaar gestoken is gaat zo’n extensie 130.000 euro kosten. Peanuts voor multi-nationals, peperduur voor uitgevers in moeilijke tijden.
Na jaren van wikken en wegen hierover heeft de organisatie die erover gaat, de ICANN, maandag in Singapore hierover een positief besluit genomen.
Op dit moment zijn er zo’n 250 extensies die verwijzen naar namen van landen en nog eens 22 die verwijzen naar het soort van organisatie dat achter de website zit, zoals .com, .org of .info.
Voor de grote merken dient zich een goede kans aan om klanten rechtstreeks naar zich toe te trekken. Ook kan het de manier waarop mensen
googelen veranderen.
Theo Hnarakis, een Australiër die ondernemingen adviseert over domeinnamen, zegt dat grote merken het zich niet kunnen
veroorloven om dit links te laten liggen. Hnarakis heeft meer dan 3.500 klanten, waaronder Volvo, Lego en GlaxoSmithKline.
Bedrijven moeten niet alleen zo’n 130.000 euro neertellen om een extensie te bemachtigen, ze moeten hun claim ook goed onderbouwen. ICANN gaat honderden adviseurs inschakelen die zich hierover buigen.
Volgens het hoofd van ICANN, Rod Beckstrom, toonden de eigenaren van merknamen grote belangstelling voor het nieuwe beleid. Verwacht wordt dat niet alleen bedrijven aankloppen, maar ook grote steden en allerlei organisaties.