Vannacht kruis ik mijn vingers voor Oranje. Omdat ik mijn hele leven al gek van honkbal ben. Maar er is nog een extra reden waarom ik hoop dat Beatrix over een paar dagen het Nederlands team als wereldkampioen op Paleis Noordeinde gaat ontvangen.
Dat zou de tweede keer zijn dat honkbal het pad van de Oranjes kruist. Ik vraag me af of Beatrix zich iets herinnert van de eerste keer dat ze op een honkbalveld kwam.
In 1943, 5 jaar oud, in Saint Louis. Hilarische anekdote, over haar grootmoeder. En de onsterfelijke Dizzy Dean, als professioneel pitcher net zo gek als goed.
Dizzy Dean, die na zijn carrière als radioverslaggever qua populariteit in de VS een soort Theo Koomen werd. Speaker tijdens een wedstrijd waarvoor Juliana en de kinderen, tijdens de Tweede Wereldoorlog verblijvend in Canada, uitgenodigd waren.
Incluis de destijds in Londen wonende Wilhelmina, die op bezoek was bij Juliana, Beatrix en Irene. Zoals Koninklijke Hoogheden beaamt, arriveerde het gezelschap toen de wedstrijd al was begonnen.
Dean, die de daardoor ontstane commotie op de tribunes ontwaarde, vertelde de luisteraars dat het opstootje kennelijk iets te maken had met een tamelijk dikke vrouw.
Een bobo die beter wist, rukte de microfoon uit zijn handen en siste hem toe dat het om de Koningin der Nederlanden ging.
Waarop Dean, nooit op zijn mondje gevallen, de microfoon weer terug veroverde.
Om het hele land live luidkeels te laten weten dat het raadsel opgelost was: ‘The fat lady, ladies and gentlemen, is the Queen of Holland!’