Paul Rosenmöller preekt tegenwoordig de lichamelijke gezondheid, als voorzitter van het Convenant Gezond Gewicht en ambassadeur van Jongeren Op Gezond Gewicht (JOGG).
Als ik hem in beeld zie verschijnen krijg ik altijd spontaan de neiging om hem een stuk rookworst of een frikandel toe te gooien. Aan de magere kant is hij altijd al geweest, maar sinds hij niet meer in de politiek zit heeft hij zo te zien genoeg tijd om de godganse dag en nacht hard te lopen.
Er zit nu helemaal geen gram vet meer op de botten, en op zijn leeftijd gaat het vel vanzelf wat losser zitten. Het ziet er niet uit, net een gier die al drie weken geen kadaver meer genoten heeft. Van dat lossere vel mag wat ik zeggen, want op mijn leeftijd heb ik er ook mee te maken. Zaak is om de body een beetje gevuld te houden voordat alles begint te flapperen.
Jeugdzorg zal voor Rosenmöller niet meer in actie komen, maar ik heb het ernstig vermoeden dat zijn body mass index net zo laag is als die van dat ondermaatse jochie dat van zijn veganistische mams alleen maar rauw voedsel mag eten.
Hoe dan ook, als het aan de broodmagere profeet ligt worden kroketten- en pizzabakkers in dezelfde verdomhoek geplaatst als coffeeshops, zo ver mogelijk van alle scholen.
Dat de overheid uitmaakt vanaf welke leeftijd en waar we mogen roken en drinken is nog tot daar aan toe, maar Rosenmöllers bemoeizucht gaat me veel te ver. Beetje gezond eten en beweging stimuleren, mij best, maar het moet niet te gek worden.
Voor je het weet staan we straks bij het ochtendgloren massaal in een uniform verplichte gymnastiek te doen. Beloond met een groenteshake en een wortel.
Het water loopt me in de mond, maar dat komt omdat de deadline van deze column naadloos aansluit op de vrijdagmiddagborrel.
Hup, gauw naar de stamkroeg, zolang dat nog mag.