Deze stond ook al even op een lange lijst. Het zijn iets meer dan 360 portretten die Hans Chabot met Carnaval en Halfvasten 1956 bij de dansschool van Leo Tiggelman, toen nog aan Haven 7, gemaakt heeft. Soms één muurbloem op zoek naar contact, de meesten foto’s stelletjes, maar ook veel trio’s, kwart-, kwin- en sextetten, soms kleine groepen.
Het was aardig wat werk omdat ik ze één voor één van de gescande contactafdrukken moest knippen en plakken. Zoals Hans ze ons nagelaten heeft, met zes, zeven, acht, negen of tien afdrukken per sheet. Nadat ik Hans in september 1978 leerde kennen heb ik hem alleen maar met verschillende soorten Rolleiflexen voor zijn buik gezien, dus ik stel me voor hoe hij hier een paar avonden, recht naar beneden kijkend, in de zoeker van zijn Rollei voor zijn buik, een eind weg heeft staan klikken.
Op ieder rolletje staat een soort van datum, zo te zien zijn ze er voor het scannen met de hand op geschreven, in een format dat wel vaker door het Stadsarchief gehanteerd wordt. Even kijken, volgens Google viel Carnaval 1956 op zaterdag, zondag en maandag 11, 12, 13 en 14 februari. De beschrijvingen van de foto’s variëren in verschillende formats – soms met doorhalingen, van zoiets als 195602xx020, 195603xxx, enzovoort. Ik kon er aanvankelijk geen touw aan vast knopen, tot me een lichtje opging: ach ja, natuurlijk: maart, halfvasten! In alle filenames van de sheets duikt Hasselblad H3DII-39 op, maar dat zal de camera zijn waarmee de afdrukken in opdracht van het Stadsarchief gedigitaliseerd zijn.
Ze zijn in drie sessies te verdelen: het merendeel waarschijnlijk op twee avonden, eentje met Carnaval, de andere met Halfvasten. De foto’s van het dansen in de zaal, en van de barkeepers kunnen op beide avonden gemaakt zijn, maar ik denk met Halfvasten, omdat op die foto’s niet iedereen verkleed is.
Het podium der poseurs was een hoekje bij de ingang, zo te zien, of ergens naast de zaal, met twee verschillende affiches op de achtergrond, met en zonder bankje. En met en zonder rommel, al poserend kwamen er peuken, lege glazen en confetti op de grond terecht – er werd nog flink wat afgepaft.
Op de ene achtergrond staat een clowntje, met de tekst ‘Carnaval 1956, Leo Tiggelman, Haven 7’. Dat zal dus waarschijnlijk op zaterdag- of zondagavond 11 of 12 februari februari geweest zijn.
Op sommige foto’s is links het programma van Carnaval ’56 leesbaar. Niks veranderd in al die jaren: het begint op zaterdag met de intocht van de Prins. In 1956 was dat voor de eerste keer Bert 1, in het dagelijks leven directeur Bert Touw van de gelijknamige ijzergieterij in de Belcrum. Op dinsdag eindigde het zoals het nu nog steeds eindigt: met de verbranding van Kiske en Wiske. Tussendoor, op zondag en maandag: de kinderoptocht, die pas later Brakkensliert zou gaan heten, en de Grote Optocht.
Na het bekijken van de serie met de tweede achtergrond weet ik zeker dat het Halfvasten was. Op dat affiche staat een Dansmarieke met één been omhoog, met de tekst ‘Mi-Carême 1956, Leo Tiggelman’. Mi-Carême is die prachtige naam die vroeger ook in Breda voor halfvasten gebruikt werd, maar die in Breda helaas teloor gegaan is.
Op de foto’s in de zaal werd niet gehost, en de polonaise spat er ook niet uit. Er werd wel veel geslepen en geschoven, allemaal in het beschaafde. Maar ja, Chabot werkte die avonden natuurlijk in opdracht van Leo Tiggelman, en zijn dansschool had een nette naam hoog te houden.
Vermoedelijk ging het er op dezelfde avonden in de Stadsschouwburg met Bonus Eventus, in De Kring, in alle café’s en zaaltje, en bij het straatcarnaval op de Grote Markt wel wat losser aan toe.
De statieportretten zullen een week of wat later wel opgehangen zijn bij Tiggelman, waar men zichzelf kon bekijken alvorens tegen betaling een of meerder afdrukken trots mee naar huis te nemen.
Die éne zal er misschien wel gekocht zijn, maar zal thuis niet aan de ouders getoond zijn. Dat is die van twee opgewekte leerlingen die elkaar vol in de bek zitten te tongen. Het stel ernaast kijkt enigszins verschrikt naar Hans Chabot. Alsof zij het zijn die die doodzonde, medio jaren vijftig, aan het begaan zijn. Zo van ‘hier willen wij niets mee te maken hebben’ Hans kennende, heeft hij er bij staan schateren, toen hij afdrukte.
Het is een zekere weemoed die me beving bij het bladeren, knippen, plakken en speuren. Naar dat zo simpele carnaval van toen, de verkledingen van een simpele uniformiteit. De blauwe boerenkieltjes, de bonte zakdoek om de hals door een luciferdoosjes, bekroond met het zwarte petje. De cowboy- en indianenpakjes, de witte matrozen, de gestreepte broeken, de Chinezen met vlechten, de gestreepte bohemiens, de Mexicanen met de sombrero’s. Bij hoge uitzondering is er iemand een beetje geschminkt, maar verder liefst niet al te gek. Bij Tiggelman hield men het beschaafd en netjes.
De hoop op bekenden, die ik stiekem koesterde, bleek ijdel. Op het zien van familie waarvan ik weet dat ze al in de jaren vijftig aan carnaval deden. Of bekende Bredanaars van toen, maar helaas, voor mij geen enkele ‘Eureka!’ of ‘Aha, kijk nou!’
Velen zullen er niet meer zijn, 67 jaar later, maar een aantal nog wel. Ik hoop dat ze zichzelf tegenkomen, of dat mensen hier hun ouders of familie weer zien, bij het Carnaval van 1956, bij Leo Tiggelman aan de Haven. Het is even bladeren, maar wie weet . . .
En laten we nu meteen afspreken dat we met ingang van 2024 Halfvasten in Breda weer Mi-Carême gaan noemen. Alaaf!
| Alle foto’s op Google Photos: Carnaval en Mi-Carême 1956, bij Tiggelman | Facebook: Carnaval en Mi-Carême 1956, bij Tiggelman |