Boze duivenmelker, en ook niet slim. Via het Stadsarchief kun je bouwdossiers, -tekeningen en -vergunningen aanvragen en/of downloaden. Ik was blij verrast door de mooie tekeningen die ooit van mijn uit het eind van de negentiende eeuw daterende hutje gemaakt zijn. Die tekeningen dateren van 1970, toen een van vorige bewoners het boeltje aan het verbouwen. Dat was tegen het zere been van een duivenmelker in de straat die kennelijk van de gemeente opdracht had gekregen om zijn illegaal opgetrokken duiventil af te breken. De man schreef een anonieme brief, zonder er bij stil te staan dat de gemeente alleen maar even in het dossier hoefde te kijken om te zien wiens duivenhok gesloopt moest worden.
Geheel in hoofdletters: ‘Mijnheer,
Ik heb pas mijn duivenkooi af moeten breken van jullie, maar ik vraag mij af, waarom den heer Verschuren in de Van Goorstraat 52 een helen grote keuken mag bouwen, waar ook geen vergunning voor wordt gegeven:
Buurtbewoner’
Het briefje is inkomend afgestempeld op 27 juli 1970. Het zou natuurlijk kunnen dat de bewoner van mijn pandje zonder vergunning aan de slag gegaan was, en naar aanleiding van de anonieme klacht alsnog een vergunning aan heeft moeten vragen.
Op 1 september 1970 is aan het briefje een met de hand geschreven opmerking toegevoegd: ‘vergunning verleend’. Maar het zou ook kunnen dat de vergunning allang verleend was, en dat het 36 dagen geduurd heeft voor het briefje de langzame malende ambtelijk mallemolens gepasseerd had.
Bouwdossiers kun je hier aanvragen en/of downloaden: https://stadsarchief.breda.nl/collectie/archief/bouwdossiers
Over de geschiedenis van ons huisje heb ik ruim tien jaar al eens iets geschreven, toen ik de adresboeken in het Stadsarchief uitgeplozen had. Vanaf 1952 heb ik bij ons de straat geen vermeldingen meer gevonden, maar de oudste waren ook het leukste, terwijl van na 1952 via mondelinge overlevering al het een ander ander opgedaan had.
Ons huis werd opgeleverd in 1895, samen met de Van Goor 50 en 48, en de 3 huisjes om de hoek in de Vierwindenstraat als één project van een projectontwikkelaar avant le lettre.
Leuk om te weten dat de eerste bewoner de Sergeant der Infanterie H. J. Post Uiterweer was. Die hoefde de Vierwindenstraat alleen maar over te steken om zich aldus kenbaar te maken aan de poort van de toenmalige Chassé kazerne.
De volgende bewoner (in 1900) was de rijksklerk J.F. Hendriks. Het zou zomaar kunnen dat die in het oude belastingkantoor werkte tegenover het Spanjaardsgat, dat witte gebouw met het torentje, waar nu horeca in zit. Het gebouw waar mijn vader in de jaren 50 en 60 ongeveer hetzelfde beroep uitoefende.
De derde bewoner (van 1903 tot 1905) zal iedere morgen langs de binnensingels naar zijn werk gelopen zijn. Want L. J. Heijnemans was de kok van De Koepel, voor niet-Bredanaars: de gevangenis.
Van 1905 tot 1952 waren de bewoners achtereenvolgens de weduwe N. Van Lieshout, de timmerman J. J. de Veth, onderwijzeres H. A. de Veth, stucadoor C. A. van Gils, timmerman L. Smolders, de werkmeester der sigarenfabriek j. van der Velden, nogmaals timmerman L. Smolders, en vervolgens schoenmaker J. H. Kusters.
Vanaf 1952 dus geen vermeldingen meer in de adresboeken. Toen ik van 2003 tot 2006 het pandje van binnen gesloopt heb en daarna weer opgebouwd heb kwamen er overal restanten van schoenzolen en stukken verrot leer uit de fundamenten. En ook uit de tuin toen de aannemer daar in 2007 ging graven voor de fundamenten van de stenen schuur die er nu staat.
Verder weet ik dat Theo van Soerland in ons huis gewoond heeft. Die kende ik begin jaren ’70 via Pip Wertenbroek. Hij studeerde toen psychologie in Amsterdam. Twintig jaar later, in 1990, is Theo aan aids overleden. Hij was een van de oprichters van de HIV bond in Amsterdam.
De voorlaatste eigenaar van mijn pand ken ik uiteraard ook, want daar kocht ik het op 31 december 1989 van. Hij woonde er niet zelf, maar had het verhuurd aan zijn ex, die er toen met haar twee zonen woonde. Ik heb wel eerst aan haar gevraagd of ze er niet wilde blijven wonen, voor ik een bod uit ging brengen, maar ze wilde dat hoofdstuk ook afsluiten.
1895 Post Uiterweer, H.J. serg. inf.
1900 Hendriks J.F., rijksklerk
1903 Heijnemans L.J., kok i/d gevangenis
1905 Lieshout, wed. N. van
1911 Veth, J.J. de, timmerman
1916 Veth, H. A.., onderwijzeres
1925 Gils, C.A. van, stucadoor
1928 Smolders L, timmerman
1928 Velden, J. van der, werkmeester sigarenfabriek
1932 Smolders L., timmerman
1947 Kusters, J.H., schoenmaker
1952 idem
| Facebook: /Léon Krijnen | Facebook: /Oud Breda | Facebook: /Breda |